Te gast bij Jean-Claude en Louise

10 mei 2008 - Hastière, België


Rond drie uur ben ik vanmiddag vanuit Dinant verder langs de mij intussen welbekende Maas gestapt, onder een blakende zon weeral. Het wandelpad slingerde door Ardense bossen, langs hoge rotsen waar alpinisten zich aan indrukwekkende beklimmingen waagden en door weiden met kalme herkauwende koeien, om mij rond zes uur tot in Hastière te brengen. Waar ga ik in godsnaam slapen vannavond? Volledig op Saint Jacques vertrouwend, baande ik mij dan maar een weg door de hoofdstraat van het dorp, waar een vrolijke menigte over de wekelijkse markt krioelde. Een vriendelijk lachend meisje verkocht me een paar sappige appels en een beetje verder schafte ik me nog een lekkere chocoladekoek aan. Et voilà! Op zoek naar rust had ik nog maar net een willekeurige zijstraat ingeslagen, of daar hangt een bordje "Chambres d'hôtes". Jean-Claude zat op zijn gemak een trappist te drinken, maar leidde zijn gast graag naar een kamer op de eerste verdieping. Volledig ingericht op grootmoederswijze, inclusief kilo's dekens en spreien en kruisbeeldjes aan de muur. 

Na een verfrissende douche in een al even retro badkamer, ben ik een babbeltje gaan doen met de gastheer en zijn vrouw Louise, die ondertussen van haar wandeling met Fifi thuis gekomen was. Ze vertelden hoe ze vorig jaar een van hun twee zonen verloren hadden door diabetes. Jean-Claude zelf was rond dezelfde tijd geopereerd aan gehemeltekanker. Hij praat er gelaten over: "c'est comme ça la vie, on peut rien n'y changer!" Louise is een aandoenlijk simpele vrouw, ze heeft iets tragisch over zich. Ze heeft een vijftal pogingen nodig om een geslaagde foto van ons te maken, hoewel ze haar uiterste best doet. Ocharme, ik krijg een beetje medelijden met haar. Ze hoorden mijn maag grommen en op hun aanraden ben ik een goeie friet gaan eten aan een echte frietkraam op het dorpsplein. Joviale mensen toch, die Walen. Iedereen die voorbij wandelde wenste mij bon appétit. Eén van hen was een eigenaardig oud mannetje met een visstok die drie keer passeerde en telkens vriendelijk knikte.

Op't terras van een van de cafeetjes zie ik vanachter een smakelijke Chimay Bleu het dorp langzaam indommelen. Enkele huizen verder zit een ouder koppel voor hun huis met hun voeten omhoog van de avondkoelte te genieten. Le bonne vie wallone, quoi!